Van Lijder naar Leider

25 februari, 2020

Er bestaat naast de tijd van de maand ook zoiets als de tijd van het jaar. En die tijd van het jaar staat op het punt van aanbreken. Al weken ben ik digitale streepjes in de Google agenda aan het zetten tot dat ene moment. En dan heb ik het niet over Valentijnsdag, of de verjaardag van mijn idool Jari Litmanen, maar over het eerste moment, na de cyclocross winter, van verkleumdheid, ellende en van afpeigering. Een soort hogere status in het hoofd voor zowel deelnemer als toeschouwer; de periode van voorjaarsklassiekers.

Eindeloze kilometers over de kinderkopjes van Parijs-Roubaix, de onverharde oogstrelende stoffige paden van de Strada Bianchi tot aan ontploffende kuiten op de Muur van Geraardsbergen in de Ronde van Vlaanderen. De snelheid waarin we iets in ons leven moeten doen, is de afgelopen jaren sterk toegenomen. Fastfood, speeddates, powernaps… bijna alle aspecten van het bestaan hebben een versnelling doorgemaakt. Een hele dag stilzitten met een Vlaams speciaal biertje voor de buis is dan ook een jaarlijks moment van rustig worden waar geen coach of psycholoog tegenop kan.

Nu zelfs chillen een activiteit is geworden die je actief kan bedrijven en inplannen lijkt stilzitten en rustig aan doen iets uit een vorige eeuw. In een alsmaar ‘accelererende cultuur’ lijken we een dagelijks streven te hebben gevonden in ‘uit het leven halen wat erin zit’. Met een beetje mazzel wordt deze demarrage ook nog, als een soort lead-out, aangetrokken door onze ‘innerlijke authentieke stem’ als motor van de persoonlijke ontwikkeling.

Om deze punch te stimuleren kopen we onszelf om met alle mogelijke vormen van levenswegbegeleiding. Van mindfulness apps en zelfhulpboeken tot yoga klasjes en van positieve psychologie tot zelfontwikkeling in het algemeen werken we onszelf volledig de meditering in. Zo lang het maar bijdraagt aan gemoedsrust, beter presteren op en naast de fiets en hopelijk ook aan een leukere baan. We zijn continue in de weer om meer voor elkaar te krijgen in minder tijd en daarbij moet het ook nog eens je passie zijn en geluk opleveren.

Hier vallen wat positieve en minder positieve, met noot gevulde mueslirepen, over te kraken, maar doet vooral de vraag rijzen; moeten we dit wel willen? Stel dat iedereen in deze zoektocht slaagt, en we straks allemaal de ultieme vorm van welbehagen voelen in ons bestaan, hoe gaan we dan de onbehagelijke situaties verdagen die we onvermijdelijk zullen tegenkomen in het leven? Kunnen we niet beter, zoals het eigenlijk altijd met trainen gaat, oefenen en krachten opbouwen om ‘toekomstige beproevingen’ het hoofd te kunnen bieden?

Een blik in het Zakboekje van Stoïcijn Epictetus legt me uit dat: ‘Wat niet in onze macht ligt is de wereld, andere mensen, ons lichaam…Wat wel in onze macht ligt zijn onze gedachten, ons willen, onze keuzes.’ Het kiezen van een juiste houding is dus niet alles maar van je af laten glijden, maar weten wanneer je moet handelen en wanneer je geen energie moet stoppen in dingen die niet binnen je vermogen liggen. Of Epictetus hier op Nostradamus achtige wijze de ontwikkeling van de vermogensmeter in de Wattbike al in het vizier had, of doelt op vermogen in zijn algemeenheid, laat ik even in het midden.

Zijn collega Epicurus brengt het nog iets verder en benadrukt dat geluk en welbehagen vooral liggen in de afwezigheid van pijn en onrust. De kunst van het mooie (fiets)leven zit hem in telkens te beseffen dat je geen pijn of angst hebt. ‘’Op ieder moment zijn er veel dingen die je niet hebt, waar je geen last van hebt, zoals bijvoorbeeld kiespijn. Hier kun je van genieten. En er is altijd wel iets waar je blij om kunt zijn.’’

Interessant, maar moeten we dan eerst een ernstige wond oplopen, onze baan verliezen en zeven keer lek rijden ervaren om, wanneer de baan er is en de band en wond gedicht zijn, te kunnen ervaren wat het is om gelukkig te zijn? Gelukkig niet, maar een klein beetje lijden kan wel net het duwende handje in de nek zijn richting leiding nemen over je eigen gelukkige bestaan. Wie echt wil leven, komt er nou eenmaal niet helemaal zonder kleurscheuren vanaf. We kunnen zoals gezegd niet alles controleren en daar komt bij dat de mooiste momenten in het leven vaak onbalans brengen. Behalve fietsen natuurlijk, dat doen we, vanuit die sterke core, volledig in balans.

Dus, op advies van de stoïcijnen, doe af en toe eens iets waar je helemaal geen zin in hebt. Dat hoeven dus gelukkig geen dramatische dingen te zijn, die weten jou vroeg of laat wel te vinden. Maar kleine alledaagse dingen die binnen je macht liggen. Je kunt bijvoorbeeld ‘nee’ zeggen tegen een dessert, ook al heb je er wel trek in. Of ga een keer een lange dag fietsen met net te weinig kleren aan, zodat je het continue een beetje koud hebt. Het moment dat je thuiskomt en geen last meer hebt van de kou, zal het de lichaamstemperatuur en serotonine doen stijgen. Of ga überhaupt eens door de regen fietsen in plaats van de auto of trein te pakken.

Het lijden herinnert ons aan de eindigheid van het menselijke (controle) op een manier waardoor de band met onszelf, de omgeving en onze medemens wordt verstevigd. Hierdoor kunnen we fouten beter accepteren en leren we het dagelijkse leven meer waarderen. Het zal de angst voor toekomstige tegenslagen verminderen. Dit stukje tijdelijk onbehagen zal uiteindelijk bijdragen aan het lange termijn welbehagen, zonder dat daar grote levens veranderende gebeurtenissen voor nodig zijn.

Zet je in voor iets, zolang je denkt dat het binnen je vermogen ligt. Het accepteren als een feit komt pas wanneer blijkt dat het toch niet, of niet meer, binnen je vermogen ligt. Bijvoorbeeld na 20-minuten. Want dat is wat komende week bij alle WattCycling locaties in Nederland op het programma staat. Precies 20 minuten stoïcijns doortrappen, met hier en daar een klein beetje lijden of gemis. Geluk is een neutraal gevoel, wat haalbaar is zonder gigantische hoogte- of dieptepunten. Streef dan ook naar een vlakke race, en laat dat beetje lijden je vormen tot de leider van je eigen bestaan. Daarna is het benen omhoog, stilzitten, en klassiekers kijken.

Geschreven door WattCycling trainer Boyd ‘El Tractor’ Welsink
Ook een onverwoestbare tractor kan wel eens sputteren

Terug naar het overzicht